Algoritmisch denken in Python
In Hoofdstuk 1 lag de nadruk vooral op het leren gebruiken van een aantal functies en wiskundige operatoren. Je zou kunnen zeggen dat je voornamelijk “woordenschat” hebt geleerd, en er weinig aandacht werd besteed aan de syntax (“grammatica”). Omwille van de beperkte grammaticale kennis kon je het verloop van een programma niet beïnvloeden. Elke lijn van de code werd precies één keer uitgevoerd, van boven naar beneden.
In dit hoofdstuk komt er nog een beetje woordenschat bij. Je zult daarbij ook een nieuw datatype nodig hebben, maar de focus zal voornamelijk liggen op de grammatica. Je zult namelijk kennis maken met een aantal mogelijkheden om het verloop van een programma te sturen. In functie van voorwaarden, waar al dan niet aan voldaan is, zal de computer beslissen of en hoe vaak een bepaald stukje van de code moet uitgevoerd worden. Een stukje code dat een aantal keer moet herhaald worden, wordt een lus genoemd. Ook in het Nederlands wordt hiervoor vaak de Engelse benaming loop gebruikt.
In 2.1 (voorwaardelijke lussen) zul je leren hoe je een stukje code 0 of 1 keer kunt laten uitvoeren door de computer.
Title | Class progress | |||
---|---|---|---|---|
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 1 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 2 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 3 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 4 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 5 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 6 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 7 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 8 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 9 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 10 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 11 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 12 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 13 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 14 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 15 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 16 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 17 | ||||
Hoofdstuk 2.1 - Opgave 18 | ||||
Tweedegraadsvergelijkingen | ||||
Plopsaland | ||||
Schoenenwinkel |